Methode uit cognitieve psychotherapie
In “The feeling good handbook” beschrijft de Amerikaanse psycholoog David D. Burns hoe het verstand het gevoel op een negatieve manier kan beïnvloeden. Volgens Burns valt elke irrationele en somber makende gedachte in één van de tien volgende categorieën:
- Alles-of-niets denken: je ziet de dingen te zwart-wit. Als je niet perfect presteert zie je jezelf als een totale mislukking.
- Overgeneralisatie: je ziet een enkele negatieve gebeurtenis als een oneindig patroon van mislukkingen.
- Mentaal filter: je concentreert je zoveel op één enkel negatief detail dat je totale blik op de realiteit zwart kleurt, als een druppel inkt die een glas water donker maakt.
- Diskwalificatie van het positieve: je verwerpt positieve ervaringen door te stellen dat ze om de een of andere reden “niet meetellen”.
- Voorbarige conclusies: je interpreteert bepaalde zaken negatief terwijl er geen feiten zijn om je conclusie te ondersteunen, door: a) Gedachten lezen: je concludeert dat iemand negatief op je reageert zonder te checken of het ook zo bedoeld is door diegene. b) Waarzeggen: je voorspelt dat bepaalde zaken slecht zullen verlopen, en je bent overtuigd van het idee dat je voorspelling een onweerlegbaar feit is.
- Uitvergroten of bagatelliseren: je vergroot het belang van zaken, zoals jouw fouten of iemand anders zijn successen. Of je maakt zaken overdreven klein, zoals je eigen kwaliteiten of iemand anders zijn minder sterke punten.
- Emotioneel redeneren: je neemt aan dat jouw negatieve emoties een afspiegeling zijn van de werkelijkheid. “ik voel het dus moet het waar zijn”.
- ‘Moet’-uitspraken: je probeert jezelf te motiveren door in termen van moeten te denken. Alsof jij pas iets kunt wanneer je eerst geslagen en gestraft wordt. Het regelrechte gevolg van ‘moeten’ is schuldgevoel. Als je jouw ‘moet’-uitspraken richt op de anderen voel je boosheid, frustratie en wrok.
- Hokjesdenken: dit is een extreme vorm van overgeneralisatie. In plaats van je eventuele fout te beschrijven, duw jij je jezelf in een hokje: ‘ ik ben een loser’. En als iemand anders zijn gedrag niet bevalt, duw je die persoon in een hokje: ‘Hij is een godvergeten hufter.’ Dit soort uitlatingen gaat steevast gepaard met zeer gekleurde en emotioneel beladen taal.
- Personalisatie: je ziet jezelf als de oorzaak van een negatieve gebeurtenis waar jij feitelijk niet verantwoordelijk voor was.
Uit ‘Pil’, boek van Mike Boddé: “Het overzicht bezorgt me tijdelijk een opgelucht gevoel wanneer ik zie hoe alle irrationele gedachten zo eventjes in kaart worden gebracht. Het geeft mij even het gevoel grip te hebben op de situatie. (….) Nou is het idee van de lijst met denkfouten dat je, zelf in staat stelt om in te grijpen in gedachtepatronen. Dit kun je door te leren welke fouten je maakt en door te zien wat je er tegenover moet stellen aan ‘reële’ gedachten. (…) Werkte dat ook voor mij? Het antwoord is een helder en ondubbelzinnig ‘neen’. Nu ik weer ‘gezond’ ben, helpt het mij wel.
Miké Boddé beschrijft in zijn boek “Pil” het verloop van depressie en zijn zoektocht om er van af te komen. Wellicht komt het niet werken van cognitieve therapie mede door het ontbreken van een toegankelijk gevoelsleven. Deze toegang is nodig voor motivatie. Door het tekort niet te kunnen ervaren, valt tevens de motivatie weg om te veranderen en zit Boddé gevangen in niet gevoelde oplossingen, een lijstje.